kopie

Strooigoed, groene en gele kaarten waaien over de velden

Yolande Brada 27 november 2018

Op sommige velden is het heerlijk avondje sinterklaas al begonnen; er wordt gestrooid met groene en gele kaarten. Onlangs stond een van onze topcoaches langs de lijn bij kinderen en die verbaasde zich over het gemak waarmee groene en gele kaarten werden gegeven aan de jongens en meisjes op de velden. We hebben het over D-jeugd. Wat is er aan de hand? Waarom geven de scheidsrechters juist op dit niveau zoveel groene en gele kaarten? Ik kan me niet voorstellen dat jonge sporters het fijn vinden om kaarten te krijgen. Zij willen gewoon lekker en veilig spelen en zich verder ontwikkelen.

Als scheidsrechters veel kaarten geven, dan denk ik als kenner op arbitragebied allereerst dat er mogelijk sprake is van (te) ruig spel. Dat er acties op het veld plaatsvinden, waarvoor niet alleen  een vrije slag voor gegeven wordt, maar waarbij het ook noodzakelijk is om een persoonlijke straf te geven. Voor alle duidelijkheid: een groene kaart  bij hockey staat voor een waarschuwing en betekent twee minuten op de bank zitten. Een gele kaart daarentegen betekent een zwaardere sanctie waarbij de speler vijf of tien minuten moet zitten. 

Ik vind dat de scheidsrechter er alles aan moet doen om te voorkomen dat onnodig kaarten worden gegeven. Juist op jeugdniveau gaat het er om het spel te begeleiden, soms zelfs opvoedend bezig te zijn.

Natuurlijk moeten de scheidsrechters ingrijpen als de veiligheid en de sportiviteit in het gedrang komen. De vraag is alleen hoe doe je dat zonder te snel kaarten te trekken. 

Mijn advies aan scheidsrechters is om aan het begin van een wedstrijd uit te gaan van de goede bedoelingen van de spelers. Op het moment dat spelers beginnen te klieren door regelmatig de bal weg te tikken na het fluitsignaal, niet op voldoende afstand te gaan staan of op de stick van de tegenstander te gaan slaan, laat de scheids eerst eens heel hard op de fluit blazen en boos naar de dader kijken. Dat kan een paar keer (bij beide teams) en daarna vertel je na een hard fluitsignaal aan de spelers dat je niet meer wilt dat ze dat doen. Pas na deze persoonlijke acties kan de scheids uiteindelijk besluiten om een groene kaart te geven. Hopelijk blijft het daar dan bij. Er zijn tal van varianten op dit thema, maar dit vormt wel de basis hoe je als scheidsrechter een wedstrijd (bege)leidt. 

Hoe zit dat nu bij die wedstrijden op D-niveau (10-12 jaar). Wordt daar zo fanatiek gespeeld dat de grenzen dusdanig vaak worden overschreden dat dit het veelvuldig geven van kaarten rechtvaardigt? Uiteraard moeten de regels worden nageleefd, maar er is zoveel meer dan alleen de regels. Ik vind het erg jammer als scheidsrechters onnodig (te) veel kaarten trekken. Als mensen denken dat de KNHB bepaalt dat  scheidsrechters snel en vaak een kaart moeten trekken, dan help ik die groep graag uit de droom want die voorschriften zijn er niet. 

Blijft de vraag over hoe het komt dat er veel – en soms onnodig veel – kaarten worden gegeven bij de jongere jeugd. Zijn de scheidsrechters te jong, zijn ze te onervaren, zijn de spelers te fysiek, zijn de spelers en coaches verbaal vervelend? Scheidsrechters en clubs: laat me jullie gedachten hierover weten, stuur een mail aan Yolande.Brada@gmail.com Wie weet leidt dit tot een vervolg op deze blog met de nodige tips en adviezen.

Clubs: geef arbitrage meer aandacht, investeer in bijscholingen en begeleiding. Maak scheidsrechters het paradepaardje van de vereniging. (zie ook mijn blog hierover van 10 februari 2014)